een schenking kunst aan de Stad Oostende van Xavier Tricot
Veel kunstverzamelaars bezitten een soms niet eens te tellen collectie kunst die qua toekomst veelal belandt op de kunstmarkt. De verzameling van wijlen André Goeminne was daarvan een bijzonder voorbeeld. Met passie, liefde en kennis verzamelde de minzame André Goeminne kunst die als het ware qua smaak en esthetiek op zijn lijf was geschreven. Die verzameling die kan worden beschouwd als een wikken en wegend levenswerk kwam na hem perdoes terecht in een fonkelende, mondaine galerie in Knokke-Zoute met uitzicht op een aantal op sokkels geplaatste peperdure bolides op een plein waar “iedereen gezien en wil worden gezien”. Zelf was ik perplex en keek ernaar. Zo een verzameling was heel precies samengesteld, de keuze was geen grootste gemene deler van bijvoorbeeld een museumdirecteur die moet rekening houden met bestuurlijke en commerciële gevoeligheden. Een collectie zoals die van André Goeminne had perfect een relevante meerwaarde kunnen betekenen voor een museum in ons land; werk en geest van André Goeminne verdampten echter al snel in de anonimiteit van de gulzige kunstmarkt.
Het is (ver)wonderlijk dat James Ensor connaisseur Xavier Tricot (1955) een prachtige collectie bij elkaar bracht met namen van pakweg alle kunstenaars die een steentje bijdroegen om het begrip kunst open te breken naar de grenzen toe van de grootste vrijheid en de daarbij behorende (formele) radicaliteit. In de ietwat verwaarloosde maar charmante Venetiaanse Galerijen – met wat verder op het Thermen Hotel dat zichtbaar toe is aan een langzame teleurgang … – is er nu (gratis) voor iedereen een wel heel fijn bedachte expo te zien met vele werken van belang die nu van eigenaar veranderen. De Stad Oostende en Mu.ZEE worden de fiere eigenaars van tal van kunstwerken van belangrijke kunstenaars wiens werk weinig of niet is te zien in de officiële musea in ons land, maar wiens oeuvres een breder publiek nu éénmaal een beetje moet kennen om de context van de vernieuwingen in de kunst van de laatste 55 jaar beter te kunnen inschatten.
Heel mooi is de nauwe en persoonlijke band die Xavier Tricot onderhield met vele kunstenaars in casu met Louise Bourgeois. Wie herinnert zich niet op één of andere Beaufort aan Zee, de magistrale spin die zich als het ware met zorg ontfermde over het graf van James Ensor. Het was een iconisch en wellicht wel beste werk ooit ooit op die “voor ieder wat wils” zomerse triënnales aan zee. Louise Bourgeois emancipeerde via haar kunst de onverbloemde sensualiteit en daaraan verbonden de souffrances van het vrouw-zijn – zij is de onverbiddelijke ‘meter’ van kunstenaars zoals Berlinde De Bruyckere. Eén van haar tekeningen, meestal opgedragen aan Xavier – een bijgekleurde fax-tekening werd trouwens de poëtische titel van deze fraaie expo: “I said yes with my eyes”.
Het is in Oostende allemaal wat overdonderend wat hier wordt getoond en aan Oostende wordt geschonken. Mooi is dat de interesse voor kunst bij Xavier Tricot doordesemd blijft van de moderne kunst met werk van referentiëlen zoals Spilliaert, Permeke, Servranckx en Fontana en van daaruit versplintert zijn interesse zich via alle richtingen van conceptuele- en minimale kunst via arte povera tot een blijvende interesse voor de Belgische kunst met Broodthaers, Panamarenko, Raveel, Jan Deconynck en Mieke Teirlinck. Dat betekent dat Xavier Tricot ook de aankopen van minder bekende kunstenaars niet wegmoffelt maar integraal deel laat zijn van zijn aankoop-keuzes. Mooi !
De expo toont schitterend werk van ondermeer James Lee Byars, Carl Andre, Robert Ryman, Daniel Buren en een ongelooflijk mooi bij elkaar gebracht ensemble van wellicht en nog steeds de beste kunstenaar van onze tijd: Gerhard Richter.
Er is zo veel moois te zien op deze erg fijne expo dat het aangeraden is er wat vrije tijd voor uit te trekken !
Deze tentoonstelling is een fikse wandeling langsheen de smaak van Xavier Tricot die heel goed wist dat kunst niet zozeer iets is van bezit maar van mentale deel-zaamheid. Dat hij nu zijn verzameling helemaal publiek maakt in de vorm van een tentoonstelling met de garantie dat de stad Oostende (nu) hierover kan beschikken als een fantastisch depot én geheugen van een periode waarin de kunst als nooit te voren zich krachtig manifesteerde, zichzelf in vraag stelde en deel werd van een globaler denken over onze wereld – is alleen maar toe te juichen als een welgemeende “Brave Xavier!”.
“I said yes with my eyes” loopt nog tot 20 januari in de Venetiaanse Galrerijen op de Zeedijk in Oostende.
www.uitinoostende.be
Luk Lambrecht
Poster un Commentaire